ADHD is een ontwikkelingsstoornis gekenmerkt door concentratieproblemen, over beweeglijkheid en impulsiviteit. In essentie gaat het over een gebrek aan zelfcontrole. Vaak wordt ADHD vastgesteld in de kindertijd, maar het kan vaak aanhouden in de volwassenheid. Er zijn verschillen tussen ADHD bij volwassenen en kinderen in het soort klachten, in het onderzoek en in de behandeling ervan. Hieronder vindt u een overzicht van deze verschillen in het recente wetenschappelijk onderzoek.
De ADHD klachten zijn vaak duidelijker bij kinderen dan bij volwassenen. En dat geldt vooral voor de over beweeglijkheid en de impulsiviteit. Van kinderen wordt verwacht dat ze een ganse dag stil en zwijgzaam op een stoel zitten in de klas, terwijl ze liever rennen, op dingen kruipen of voetballen. Dat geldt in het bijzonder voor kinderen met ADHD. Bij volwassenen met ADHD zal de hyperactiviteit vaak afnemen ten voordele van een innerlijke rusteloosheid. Vaak kozen zij vrijwillig of noodgedwongen voor een hobby of job met veel beweging en afwisseling. Maar ook Concrete lijst ADHD symptomen bij volwassenen: zij met het ouder worden om zich lichamelijk meer te beheersen. Problemen met aandacht komen daardoor vaak meer op de voorgrond. De verwachtingen op het vlak van organiseren, plannen, timemanagement, sociale eisen enz. worden met het opgroeien bovendien groter en meer ingewikkeld. We merken dit bij volwassenen in vergeetachtigheid, verliezen of verleggen van zaken, in het beroepsleven en in het huishouden.
Onzorgvuldig met een gebrek aan detail
herhaaldelijk nieuwe interesses starten
oude laten liggen
Moeilijke organisatie
Moeite met de focus en het stellen van prioriteiten
dingen verliezen en verleggen
Vergeetachtig
rusteloos en het missen van scherpte
niet stil te blijven, voor de beurt te spreken
Verbaal impulsief, anderen onderbreken
Veranderen van stemming, prikkelbaar en opvliegend
moeite met stress
Heel erg ongeduldig
risico's nemen zoals gevaarlijk autorijden
Het onderzoek naar ADHD bij volwassenen is vaak moeilijker dan dat bij kinderen. Volwassenen leerden in de loop van het leven om klachten te verdoezelen, aan te pakken of te compenseren. Of ze ontwikkelden behalve ADHD ook andere problemen, zoals verslaving of gedragsproblemen. Waardoor de ADHD klachten zelf moeilijk zichtbaar zijn voor de onderzoeker. Volwassenen maken vaak bovendien soms een verkeerde inschatting van hun ADHD klachten in hun kindertijd. En het is soms moeilijk of niet gewenst om getuigenissen te vinden van hun vroegere school of van hun ouders. Daarom vragen we de oude schoolrapporten op, en halen er indien mogelijk ook de partner of een ouder bij. Bij kinderen kan er rechtstreekse input worden verkregen van ouders en school, met ook rechtstreekse gedragsobservatie. Bij volwassenen moet men al te vaak rekenen op zelfrapportage. Dit vereist van de onderzoeker een zorgvuldige klinische inschatting, liefst gebaseerd op veel ervaring en kennis.
Onderzoek toont aan dat sommige kinderen minder klachten ervaren vanaf de puberteit, maar 60-75% van deze kinderen zal ook als volwassenen de diagnose ADHD blijven vertonen.
Meisjes en vrouwen werden onder gediagnosticeerd vroeger, maar zijn ondertussen aan een inhaalbeweging bezig. Volwassen vrouwen met ADHD klachten vertonen minder hyperactiviteit en meer aandacht -en emotionele problemen dan volwassen mannen.
Behandeling voor ADHD bij kinderen gebeurt vaker met het aanpakken van concreet gedrag en met medicatie. Volwassenen krijgen soms (tijdelijk) ook medicatie (off-label) maar hier is er meer aandacht voor gezonde leefgewoonten en voor de dagdagelijkse aanpak van de problemen waar zij mee te kampen hebben. Daarom hebben wij een gezond behandelprogramma dat hier te koop is maar dat gratis gegeven wordt aan mensen die hier een diagnose laten stellen.
Jan Schrans
Erkenningsnummer: 641104942 jan.schrans@gmail.com
Sabine Vranken
Erkenningsnummer: 692109216 psysabinevranken@gmail.com
Psycholoog VVKP
EersteLijns Psycholoog (ELP)
Gespecialiseerde Psychologische Zorg (GPZ)
Waregemsestraat 80 te Nokere
Zikastraat 126 te Geraardsbergen